Fred en Anneke naar Madagascar

Tsingy Gris

  1. Vandaag gaat er een trainee mee. Nana is de naam, en neen ik verzin dat echt niet.
  2. Nana is de oudste dochter van de baas en heeft de ambitie om gids te worden. Denk dat dat ingegeven wordt door de wens van papa. Nana is namelijk bang voor kameleons, slangen en kikkers. Niet echt de wat er in de functieomschrijving past. En oh ja, ook bang voor kabelbruggen. Maar dat komt nog.
  3. Gisteren de imitatie tsingy's, nu de echte. Park ligt aan de overkant, dus lekker dicht bij.
  4. En toch worden we eerst met de auto een stuk het park ingebracht. Tsingy's zijn dan evengoed nog een anderhalf uur lopen. Heen wat langer, omdat er ook andere zaken bezocht dienen te worden. Uiteraard weer een kantoor, naam en paspoortnummer in het grote boek, slagboom open, kaartjes controleren en good to go.
  5. Auto brengt ons tot de parkingplace, daar staan wat gebouwen die door de natuur overgenomen zijn. Management had bedacht dat het een goed idee zou zijn om hier het kantoor te maken. Anta was tegen, dus gebouwd maar nooit gebruikt. Iets verder een spiksplinternieuw gebouw, doel onbekend, is dus over enkele jaren het zelfde lot beschoren.
  6. Er is hier zo af en toe een ongelofelijke desinteresse in wat er gebeurt. Tana bedenkt en voert uit en zo niet, dan gebeurt er niet zo veel.
  7. Door het bos, heerlijk schaduwrijk, komen een slang en een sportive lemuur tegen. Die laatste is een nachtdier en hangt in een hol in een boom te slapen. Ogen wijdt open, maar zich niet echt bewust van zijn omgeving. Uiteraard veel vogeltjes, je hoort ze goed en ziet ze slecht en de nodige namen en gebruik van bomen en planten. De baobab moet je huggen, brengt geluk. Deze boom is om tamtam te doen, dat is ebbenhout, echt pik en pik zwart en groeit nauwelijks.
  8. Eerste stop is een maalgat. In de regentijd is het pad wat we nu volgen een kolkende rivier. Met twee anderen komt hij uit in een soort stenen amfitheater. Het water kolkt daar rond en heeft een gat naar beneden gevormd, daaronder in het grotten-stelsel stroomt het verder. Het maalgat wordt in de jaren groter en groter.
  9. In dit gebied is een van de grootste gangen/grotten-stelsel ter wereld. Compleet met krokodillen en uiteraard heilige plaatsen. Je kunt daar echt nooit genoeg van hebben. Die plaatsen dan, de eerste zijn goed voor tasjes en luxe schoenen.
  10. Gezien en verder, een uitzichtplaats over de tsingy's. Heb niet helemaal duidelijk wat die dingen nu precies zijn, maar het is een woud van scherpe pieken van hard steen. Zou zandsteen zijn, maar dan de harde variant. Vorming op de zeebodem, omhoog geschoven door tektonische activiteit, aangescherpt door zure regen die de zachte variant weggespoeld heeft. Zou ook iets met koraal te maken gehad hebben.
  11. Maar we hebben bijna drie dagen geen toegang tot Wikipedia en het boek wat Anneke mee heeft gaat voornamelijk over plantjes, beestjes en plaatsjes. Niet over hoe dingen worden zoals ze zijn.
  12. Maar ook zonder dat, het is een imposant gezicht, alles in grijstinten met hier en daar wat groentinten van een eenzame boom tussen die tsingy's. Die bomen hebben water nodig, die boren ze aan met een penwortel van wel tot 15 meter. Waarschijnlijk tapt die uit die ondergrondse rivier. Ook liggen overal zwarte rotsen, die komen vanaf de Amberberg, vulkaan, uitbraak en luchttransport van vulkaangesteente.
  13. Weer het bos in, wandeling van een 2 km en dan de tsingy's zelf in.
  14. De naam tsingy komt van het Malagasisch op je tenen lopen. Nu hebben wij gelukkig moderne bergschoenen aan en is dat niet nodig. Maar je kunt je wel voorstellen dat je je als Noordelijke stam,op de vlucht voor de slavenhandelende koning, hier veilig kunt voelen. Om hier op je blote kakken doorheen te moeten ga je echt niet doen.
  15. En zo is dit ook weer een heilige plaats geworden.
  16. Maar voor ons toeristen is niets heilig en dus worstelen we ons over de zeer ongelijke, scherpe, losliggende rotsen, sommige doorgangen zijn wat aan de krappe kant, maar met wat draaien en persen kom je er door. Dit is duidelijk op kleine Malagasies gebouwd.
  17. Op het einde een hangbrug, nou eigenlijk twee, maar de laatste is maar 6 meter en telt dus eigenlijk niet. De eerste hangbrug is bijna 20 meter. Je mag er maar met een persoon tegelijk op. Plankjes zijn aanwezig, maar er is niet echt een regelmaat in te ontdekken.
  18. Nana zegt hier NeeNee en blijft waar ze is. Wij steken over en kunnen daar onder een afdakje genieten van het imposante uitzicht.
  19. Terug is het omgekeerd afdraaien van de film, met uitzondering van het uitzichtpunt en maalgat.
  20. Nana spot ondanks haar afkeer toch een mooie panterkameleon en een kleine slang.
  21. Zou het vak er dan toch voor haar in zitten.
  22. Auto staat te wachten, de zware schoenen mogen uit en we gaan naar de campsite.
  23. Hier wordt de lunch geserveerd.
  24. Bij deze lunch ook wat lemuren, een kameleon en een beter zicht op de nachtlemuur, de sporty one.
  25. Bijna uitsluitend Nederlanders en ze zouden allemaal in het hotel zitten wat bij ons in de eerste reisbeschrijving stond. De gids van een Nederlandse groep weet te vertellen dan dat hotel onlangs is opgekocht en alle reserveringen gecanceld waren. Vandaar het schamele onderkomen wat we nu hebben. Maar morgen gaan we naar Jardin Vanille op Nosy Komba. Daar komen we die groep overigens ook weer tegen.
  26. En zo wordt het wennen aan het Nederlands ook op een natuurlijke wijze geregeld.
  27. Nog even doorbijten (klein bedje, erg warm, muggen, geen voorzieningen), maar dan wordt het leven weer zoals je een leven op een paradijselijk eiland voorstelt.
  28. Tenminste als de reisgidsen niet liegen.......


Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!